Zondagsrijders: terechte ergernis of niet?

Datablogs

Zondagmiddag: het ideale moment om je kinderen in de autozitjes te hijsen en weer gezellig op visite te gaan bij opa en oma. Rustige wegen voor je uit, dus dat wordt ontspannen rijden op de cruise control. Eh, ja… tot je vol op de rem moet vanwege een paar links rijdende amateurs. Weten die niet dat je hier 130 mag? Even later, je was net weer op snelheid, hetzelfde verhaal. Het zijn die typische zondagsrijders, besef je. Weg is je ontspannen rit.

De vraag is natuurlijk of het verkeer onderweg naar opa en oma nu écht zo anders is. Of beeld je je het vooral in omdat het nu eenmaal zondag is, maar zijn er doordeweeks net zoveel ‘zondagsrijders’? Voer voor lange discussies aan de borreltafel! Toch gaan wij proberen om die vraag hieronder gedegen te beantwoorden. Met behulp van NDW-data uiteraard.

Gemiddelden

Voordat we met NDW-data op zoek gaan naar het bestaan (of niet) van de zondagsrijder, is het belangrijk te weten over welke data NDW precies beschikt. NDW heeft géén gegevens van individuele voertuigen, maar alleen van gemiddelden over een minuut per locatie. Dat betekent dat het gedrag van één individu (tenzij heel extreem) niet terug te vinden is in de datadank. Maar als een deel van het verkeer zich anders begint te gedragen, is dat wel zichtbaar.

Hoe de eventuele zondagsrijders uit de databank te filteren? Van zondagsrijders wordt beweerd dat zij minder goed rijden en dus minder efficiënt gebruik maken van de weg: zij hebben geen grote verkeersdrukte nodig om toch files te laten ontstaan. Als we deze omschrijving in verkeerskundige termen vertalen, betekent dit dat de capaciteit van de weg – de hoeveelheid verkeer die de weg kan verwerken – op zondag lager moet zijn dan op een werkdag.

De capaciteit van een weg kunnen we gemakkelijk zichtbaar maken door in een grafiek het aantal voertuigen (intensiteit) tegenover de snelheid te plaatsen. Zo’n grafiek noemen we het fundamenteel diagram. Als de capaciteit van de weg wordt bereikt – dat is het meest rechtse punt in onderstaande grafieken – dan zal de snelheid dalen, omdat de voertuigen op de weg elkaar letterlijk in de weg zitten en elkaar afremmen.

Om de vergelijking tussen de zondag en andere dagen zuiver te houden hebben we nu alleen nog een stuk weg nodig waar ook op zondag files zijn. Dat wordt de altijd drukke A58 tussen knooppunt Sint Annabosch en Ulvenhout: dagjesverkeer van en naar Antwerpen en verder zorgt hier ook in het weekend voor vertragingen.

Figuur 1 toont het fundamenteel diagram voor deze locatie op werkdagen in de periode maart tot en met juni 2015. De vrij horizontale puntenbrei rond de 110 km/u toont het verkeersbeeld wanneer het aanbod van verkeer minder is dan de capaciteit. Op een werkdag is deze puntenwolk vrij breed door de mix van vrachtverkeer en personenvoertuigen. In de grafiek is trouwens ook een puntenwolk te zien rond de 50 km/u. Die is voor ons verhaal minder relevant: die wolk is het gevolg van een tijdelijke rijstrookafsluiting met snelheidsverlaging in verband met werkzaamheden.

Zodra de capaciteit wordt bereikt – gemarkeerd door het cirkeltje rechts – gaat de snelheid van de voertuigen omlaag, conform het eerder beschreven principe. De capaciteit is afhankelijk van ‘vaste’ factoren als weglayout maar ook van variabele factoren als het weer en het gedrag van de weggebruikers. Op de werkdagen ligt die capaciteit op het bewuste deel van de A58 rond de 4300 voertuigen per uur.

Figuur 1. Het fundamenteel diagram voor de A58 Sint Annabosch-Ulvenhout tijdens werkdagen. Het cirkeltje rechts markeert de capaciteit doordeweeks: het maximaal aantal voertuigen per uur dat de weg tijdens verwerkt.
Beeld: NDW
Figuur 1. Het fundamenteel diagram voor de A58 Sint Annabosch-Ulvenhout tijdens werkdagen. Het cirkeltje rechts markeert de capaciteit doordeweeks: het maximaal aantal voertuigen per uur dat de weg tijdens verwerkt.

Maar dan nu het verkeer op de zondag. In figuur 2 hebben we de zondagen toegevoegd aan het fundamenteel diagram uit figuur 1. De rode stippen staan daarbij voor de zondagen.

In de grafiek is goed te zien dat de capaciteit voor zondagen lager is dan voor werkdagen. Immers, op zondagen gaat vanaf ongeveer 3900 voertuigen per uur de snelheid weer omlaag, terwijl dit punt op de werkdagen pas bij de 4300 is bereikt. Dit betekent dat de voertuigen op zondag minder efficiënt gebruik maken van de weg, waardoor er al bij een lagere intensiteit files ontstaan. De ergernissen over zondagsrijders lijken daarmee gegrond: er ontstaan op zondag sneller files dan doordeweeks.

Dat betekent niet dat deze files alleen maar ontstaan door slecht rijgedrag. Immers de lagere capaciteit ontstaat niet alleen door slecht rijgedrag, maar ook doordat er meer afstand wordt gehouden dan op de drukke werkdagen. De vraag is of dat zo’n ramp is: misschien is de ‘zondagsrijder’ vooral voorzichtiger. Voorzichtiger vanwege het gebrek aan rijervaring, of gewoon, omdat ze ontspannen zijn en niet de haast van de doordeweekse forensen voelen – en ook niet de stress van al die de opgefokte opa & oma-gangers met kinderen…

Figuur 2. Dezelfde situatie als in figuur 1, maar nu met ook zondagverkeer (rood) in de grafiek. Het cirkeltje links markeert de capaciteit van de weg op zondag.
Beeld: NDW
Figuur 2. Dezelfde situatie als in figuur 1, maar nu met ook zondagverkeer (rood) in de grafiek. Het cirkeltje links markeert de capaciteit van de weg op zondag.

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.