3e kwartaal: drukte ná de 1,5 meter

Bij aanvang van het derde kwartaal waren er alweer flink wat versoepelingen op het coronabeleid doorgevoerd. Afgelopen zomer kwam een einde aan de derde lockdown en zelfs aan enkele basisregels, zoals de anderhalve meter. Hieronder volgt de rapportage van de verkeersontwikkelingen van het derde kwartaal 2021.

Een jaar geleden – nadat er eveneens het nodige aan versoepelingen waren doorgevoerd – was de verkeersdrukte bijna weer net zo groot als voor de crisis. Hoe is dat nu?

Vrachtverkeer

Conclusie

Het einde van de derde lockdown en bijbehorende versoepelingen zijn duidelijk zichtbaar in de omvang van het personenverkeer:

  • Over het derde kwartaal van 2021 was de verkeersdrukte op de weg ca. 5% - 10% minder dan normaal, is wel hoger dan vorig kwartaal;
  • De drukte in het OV was ca. 30% - 40% minder, hetgeen ook een stijging is t.o.v. vorig kwartaal;
  • Het fietsverkeer steeg in het derde kwartaal behoorlijk, maar dat zal ook een weer- en seizoeneffect zijn;
  • Aan het einde van het derde kwartaal, is de omvang van het wegverkeer bijna weer net zo groot als voor de pandemie: ca. 5% onder het niveau voor de crisis;
  • Ook het spitsverkeer is weer aanmerkelijk toegenomen, al is de vraaguitval nog wel wat groter dan in de restdag: ca. 7% minder dan voor de crisis;
  • In het weekend is het bijna weer net zo druk als voor de crisis.

De omvang van het goederenverkeer is in het derde kwartaal redelijk vergelijkbaar met hetzelfde kwartaal vorig jaar:

  • Het wegvervoer lag zelfs iets hoger;
  • De modaliteiten spoor en water waren gemiddeld genomen vergelijkbaar met dezelfde periode vorig jaar.

Personenverkeer

Net als in het vorige kwartaalbericht hebben we indices gemaakt voor de drie belangrijkste vervoersmodi in het personenvervoer: het gemotoriseerde wegverkeer, het openbaar vervoer (OV) en de fiets.

Voor OV is gebruik gemaakt van de in- en uitcheck gegevens van Translink en voor de fiets hebben we gebruik gemaakt van de fietstellingen in Rotterdam. Alle gegevens zijn over de werkweek gemiddeld en vergeleken met week 10 in 2020: één van de laatste ‘normale’ weken in het pré-coronatijdperk.

Figuur 1 vat dit alles samen voor de periode van januari 2020 tot nu. We hebben weer gekozen voor week 10 in 2020 als referentie, omdat de tijdsreeks voor de fiets eind 2019 begint. Op deze manier kunnen we alle indices op een identieke manier berekenen en afbeelden.

We zien duidelijk de verschillen tussen de lockdowns, maar zeker ook tussen de modaliteiten. Waar initieel de verkeersvraag bij alle modaliteiten terug viel, zien we bij de fiets al vrij snel een herstel. Zoals we al vaker schreven, wordt de fietsverkeersvraag mede beïnvloed door het weer. De tevens opgenomen temperatuursindex laat dit ook zien.

Over het derde kwartaal van 2021 zien we dat de geleidelijke stijging van de drukte op de weg en in het OV zich heeft doorgezet. Op de weg is het bijna net zo druk is als voor de pandemie: aan het einde van het derde kwartaal was het op etmaalniveau ca. 5% minder druk op de weg dan normaal, zie ook figuur 2.

Het OV is weliswaar bezig geweest met een enorme inhaalslag, maar het aantal reizigers is nog niet op niveau van voor de pandemie. Het fietsverkeer is het tijdens het derde kwartaal flink gestegen, maar dat zagen we ook vorig jaar in deze periode. Zeker aan het einde van de lockdown zien we een enorme toename. Met name het weer zal hier van invloed zijn, maar vermoedelijk spelen ook de versoepelingen en het einde van de vakanties een rol.

Beeld: NDW, Translink, KNMI
Figuur 1. Mobiliteitsontwikkeling, waarbij week 10 in 2020 = 100
Beeld: NDW
Figuur 2. Verkeersontwikkeling, waarbij week 10 in 2020 = 100

Als we kijken naar de verkeersvraag over de dag heen, dan laat figuur 3 zien dat het spitsverkeer nog niet helemaal op niveau is van voorheen. Ofschoon de oproep om zoveel mogelijk thuis te werken inmiddels ook is vervallen, zien we dat mensen nog niet massaal terug op kantoor werken.

De verkeersvraag in de spits is ruim -7% t.o.v. de situatie voor de coronacrisis. Die van het restdagverkeer is inmiddels min of meer hetzelfde. Ook het weekendverkeer is inmiddels vrijwel op hetzelfde niveau als voorheen, zoals figuur 4 laat zien.

De figuren tonen duidelijk hoe de verkeerseffecten waren tijdens de verschillende lockdowns. Ook het effect van de avondklok tijdens de derde lockdown is goed zichtbaar.

Beeld: NDW
Figuur 3. Gemiddelde uursintensiteiten doordeweeks
Beeld: NDW
Figuur 4. Gemiddelde uursintensiteiten weekeinde

Goederenverkeer

Ook wat betreft het vrachtverkeer hebben we de index berekening uitgebreid met andere modaliteiten: spoor en water. Figuur 5 toont de indices, die allen op identieke wijze zijn berekend, met week 10 in 2020 als referentie. Na een initiële daling, zien we dat alle modaliteiten in het derde kwartaal van 2021 een vergelijkbaar patroon volgen als pré-corona.

Beeld: NDW, RWS, CBS, Prorail
Figuur 5. Vrachtontwikkeling, waarbij week 10 in 2020 = 100

Figuur 5 betreft alleen voer- en vaartuig bewegingen en geen vervoerstromen. Helaas hebben we wat betreft het wegvervoer geen actuele cijfers daarvoor. Die zijn er wel van de binnenvaart.

Figuur 6 toont de vervoersstromen over het water per goederentype. Aangezien veel van de vervoerde goederen ook via de weg worden (door)vervoerd, geeft figuur 6 mogelijke verklaringen voor de ontwikkelingen in figuur 5. Zo zagen we in het begin van de eerste lockdown een daling van het containervervoer, welke zich inmiddels redelijk hersteld lijkt te hebben.

Tijdens het derde kwartaal zagen we in de binnenvaart een opvallende daling van het vervoer, welke mogelijk samenhing met het hoogwater afgelopen zomer. Maar wellicht ook vanwege de lagere vraag naar bouwmaterialen vanwege de bouwvak, hetgeen we ook vorig jaar zagen tijdens de zomer.

Beeld: RWS, CBS, bewerkt NDW
Figuur 6. Vervoerde goederen over water